De zon schijnt uitbundig en het kwik loopt al aardig op als ik klokslag 10 uur arriveer bij kwekerij de Groene Cirkel. Ik ben duidelijk niet de eerste en enige. Groepjes vrijwilligers en deelnemers wieden onkruid, besproeien de moestuin en sjouwen zojuist aangeleverde kratten naar binnen. ‘Er is hier altijd wat te doen maar op dinsdag helemaal. Dat is de dag dat we de schappen in de winkel aanvullen met groenten en fruit uit onze eigen moestuin. Dan komt ook de levering binnen van een aantal biologische telers uit de buurt’, aldus een vrijwilligster in het voorbij lopen. Ze stapt niet veel later een houten gebouw binnen, dat onder andere dienst doet als winkel. Het gebouw vormt het hart van deze bijzondere parel van Oegstgeest.
Kwekerij de Groene Cirkel ligt aan de Endegeesterstraatweg, verscholen achter buitenplaats Endegeest en het landje van Bremmer. Het terrein - waar op biologische wijze planten, bloemen, groenten en fruit worden geteeld - telt in totaal 10.000 vierkante meter. ‘Duurzaamheid zit niet alleen in wat we telen en hoe we dat doen maar vooral door wie.’ Aan het woord is Eugene Abbo die al sinds jaar en dag mede verantwoordelijk is voor het welslagen van dit bijzondere project. Samen met Petra van Dijk runt hij de Groene Cirkel. De biologische kwekerij is onderdeel van GGZ Rivierduinen en biedt dagbesteding aan ongeveer vijftig mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt, of die bezig zijn met een re-integratie traject na bijvoorbeeld een burn-out. Veelal is de problematiek psychisch of psychiatrisch van aard. Eugene Abbo spreekt liever niet van cliënten maar van deelnemers. Verder zijn er vrijwilligers die één of meer dagdelen actief zijn. Ook zij zijn belangrijk voor het welslagen van de doelstelling van de kwekerij.
We verlaten de winkel en zoeken een plek om in alle rust verder te kunnen praten over het concept van de Groene Cirkel. Aan een houten picknicktafel met uitzicht op de koeien, schapen en het ooievaarsnest van het landje van Bremmer, vervolgt Eugene Abbo zijn verhaal. ‘Het is de combinatie van het weidegebied, de biotoop die we als Groene Cirkel zijn en het aangrenzende bos wat ons als kwekerij zo bijzonder maakt. Er zijn hier meer dan zestig soorten vogels die er ook voor zorgen dat we weinig last hebben van slakken, en dat is weer goed voor de planten en groenten in de moestuin.’ Om alles circulair te houden werkt de Groene Cirkel met eigen composthopen, waaronder bladercompost, en wordt het overgebleven hout gebruikt voor houtwallen waar vogels en insecten van houden. Er is ook bewust gekozen voor het telen van alleen die planten en bloemen waar insecten het goed op doen en de 50.000 bijen die verderop het terrein wonen. Een imker zorgt voor de honing die weer in potten en andere producten in de winkel te vinden is. En zo is de cirkel ook op dat vlak weer rond.
Dan is het tijd voor een rondleiding over het terrein. Eugene Abbo laat me de twee kassen zien waar de paprika’s, aubergines en tomaten in groeien. De nieuwe aanwinst is de kruidentuin met onder andere munt, tijm, kamille, dille en de dropplant. Volgend jaar kunnen klanten ook potjes met kruiden in de winkel kopen. Helemaal achterin is de boomgaard met verschillende soorten appels en peren. Als alles volgens plan loopt, is er aan het eind van het zomerseizoen een perenmarkt op de kwekerij. En er is ook nog de pluktuin waar tientallen soorten bloemen staan en waar iedereen tussen juni en november voor een klein bedrag zelf een boeket kan plukken en samenstellen. De bezoekers en klanten van de Groene Cirkel zijn divers. Medewerkers van het aangrenzende Bio Science Park en patiënten van revalidatiecentrum Basalt weten de kwekerij goed te vinden en dat geldt ook voor de omliggende woonwijken. En er is de vaste klantenkring uit Oegstgeest en omgeving.
De Groene Cirkel is vrij toegankelijk en onderdeel van diverse wandelingen, bijvoorbeeld van de Rhijngeestroute van het Zuid-Hollands Landschap en van de Ommetjes van het Milieu Educatie Centrum (MEC). Ach er valt nog zoveel meer te vertellen en dat is misschien wel het meest bijzondere van deze parel van Oegstgeest. Mijn advies: ga het zelf een keer zien en beleven.
Dit artikel is gepubliceerd in de Oegstgeester Courant (juli 2023).